Gepubliceerd: 19 april 2022
In het oude Sofiaziekenhuis had je een ‘short stay’ afdeling. Deze deed me altijd denken aan een jeugdherberg.
Ik lig er tegenover de kamerdeur die overdag open staat en uitzicht biedt op een korte gang. Aan het eind van die gang is een soortgelijke kamer met net zo’n deur. In het bed achter die deur ligt een zo op het oog nog jonge vrouw. Ze heeft een mutsje op.
Als ik lig te lezen en ik kijk op, kijk ik haar bijna recht aan en omgekeerd.
En als ik naar het toilet moet, loop ik recht op die deur af voordat ik de hoek om ga naar de toiletten. Op de tweede dag loop ik rechtdoor en stel me voor.
We hebben een tijd zitten praten.
Natuurlijk vraag je dan naar elkaars omstandigheden, maar al gauw praat je vooral over alles wat je bezighoudt, je zorgen, maar ook je hoop.
Zou ik dat ooit ergens anders hebben gedaan (of gedurfd?) met een volkomen onbekende?