Gepubliceerd: 31 oktober 2018
Veerkracht, een woord met een tegenstrijdigheid in zich. Zo op het eerste gezicht. Want bij veer of veertje denk je aan lichtheid, kwetsbaarheid, zachtheid, dansend door het leven gaan. Bij kracht denk je aan spierballen, stevigheid, sterk zijn, sport, beide benen op de grond. In combinatie met dit laatste zou je veer kunnen beschouwen als de veren onder je auto, die samen het zware voertuig in balans en van de grond af houden. En de veren van een vogel die tezamen de vleugels sterk genoeg maken om tegen een storm in te vliegen. Veertjes die tezamen kou en nattigheid van het vege vogellijfje kunnen houden. Je merkt het: het gaat alle klanten op associëren over het woord veerkracht …
Telkens als ik het woord tegenkom, pluis ik uit wat de bedoeling ervan is in de context. Vorige week was de kop boven een column in het Algemeen Dagblad van René Diekstra: VEERKRACHTVRAGEN. Met een bijzondere ontboezeming van deze psycholoog en auteur van o.a. het boek met de titel: “Als leven pijn doet, weerbaar en waardig omgaan met de verliezen in je leven”. Een boektitel die aansluit bij wat de gasten van IntermeZZo als uitdaging kunnen ervaren: hoe doe je dat, weerbaar en waardig omgaan met het verlies van gezondheid, met het feit dat je leven nooit weer zo onbekommerd zal zijn als vóór de entree van de ziekte?
De ontboezeming van Diekstra is dat hij op enig moment in zijn leven in ‘een innerlijke kluwen van verdriet, boosheid en depressie verstrikte raakte’. Een beroemde psychotherapeut, bij wie hij op dat moment in opleiding was, stelde hem drie essentiële vragen. Vragen die ieder mens zouden kunnen helpen als het leven pijn doet. Ik citeer vrij uit Diekstra’s column.
‘Denk eens terug’, zei de opleider tegen Diekstra, ‘aan een eerdere heftige tijd of gebeurtenis in je leven en beantwoord dan de volgende drie vragen:
1) wie of wat hielp je daar doorheen?
2) wat voor positiefs leerde je daardoor omtrent je zelf?
3) hoe heeft je dat geholpen om te gaan met moeilijke situaties later?’
Diekstra realiseerde zich dat hij in een eerdere verliessituatie een dagboek had bijgehouden. Dat had hem destijds enorm geholpen bij de verwerking. De opleider spoorde Diekstra aan het dagboek te herlezen en te beginnen aan een vervolg.
Diekstra: ‘Mijn eerste reactie was dat ik dat zelf ook had kunnen bedenken. Maar dat was niet waar. Ik had blijkbaar iemand nodig die me de juiste vragen stelde. En me zo bewust maakte van het feit dat we vaak veel te weinig lering trekken uit ons eigen leven, uit onze eigen geschiedenis, uit onze vroegere veerkracht.’
Misschien helpen de veerkrachtvragen ook anderen, u, jou, mij? Fijn dat Diekstra ze deelde. Mooi ook om het begrip ‘vroegere veerkracht’ te benoemen. Want elk mens, hoe ziek of zwak ook, heeft ergens die veerkracht beschikbaar. Je hoeft geen psycholoog te zijn om dit te herkennen.
Bij IntermeZZo herkennen we het elke dag bij onze gasten. Gewoon door met respect, aandacht en een open blik te durven kijken. Dan zie je kwetsbaarheid en stevigheid in één.
Veerkracht, bij de één met een kracht als de veren onder een auto. (Weer) stevig in balans, niet van de weg te krijgen.
Veerkracht, bij de ander met de fragiliteit van dat donsveertje bij een vogeltje. Als je het slechts met je vingertop voorzichtig aanraakt, veert het tóch terug.
PS. De foto is genomen tijdens een workshop waarin vrijwilligers leerden hoe een herinneringsboekje te maken. Bedoeld voor nabestaanden van een IntermeZZo-gast die is overleden. Docenten Jan en Hanneke Haverkate deelden hun kennis omtrent boekbinden.
Marlies Mestrom